Beantwoording vragen varianten kwalificatie arbeidsrelatie

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft vragen beantwoord over het ambtelijke rapport met varianten voor de kwalificatie van de arbeidsrelatie.

Een van de varianten omvat een uitbreiding van de dienstbetrekking met arbeidsverhoudingen waarin geen verplichting is tot het persoonlijk verrichten van arbeid, maar (een deel van) de arbeid persoonlijk wordt verricht. Een andere variant maakt het mogelijk om buiten dienstbetrekking te werken terwijl de opdrachtgever wel de mogelijkheid heeft om aanwijzingen te geven. Deze variant is bedoeld voor de bovenkant van de arbeidsmarkt en biedt de mogelijkheid om schriftelijk met de opdrachtgever overeen te komen dat de werkzaamheden niet onder loonheffingen en verzekeringsplicht van de werknemersverzekering vallen indien aan bepaalde criteria wordt voldaan. Een van de criteria is het tarief van de opdrachtnemer. Andere criteria zijn denkbaar, zoals een afbakening per sector.

Er is bewust geen variant opgenomen waarin de Verklaring arbeidsrelatie (VAR) wordt heringevoerd, omdat betere handhaving op misbruik geen reële optie is. In het verleden is voldoende duidelijk geworden dat handhaving bij de opdrachtgever niet mogelijk is als er feitelijk sprake was van een dienstbetrekking tussen partijen. Alleen wanneer de Belastingdienst kon aantonen dat de opdrachtgever had gefraudeerd, was handhaving bij de opdrachtgever mogelijk. In de praktijk was het zo goed als onmogelijk om aan deze bewijslast te voldoen.

De stelsels in andere landen voor de kwalificatie van een arbeidsrelatie verschillen niet fundamenteel van het stelsel in Nederland. Invoering van een buitenlands stelsel is dus geen oplossing voor de bestaande problematiek.