Besluit inwerkingtreding gewijzigd beslag- en executierecht
Het gewijzigde beslag- en executierecht, dat is opgenomen in de Wet van 3 juni 2020 tot wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en de Faillissementswet, treedt grotendeels op 1 oktober 2020 in werking. De wet beoogt het bestaansminimum van schuldenaren te beschermen, beslag en executie efficiënter te maken en te voorkomen dat beslag en executie uitsluitend als pressiemiddel worden ingezet. Een eerdere inwerkingtredingsdatum dan 1 oktober is niet haalbaar omdat deurwaarders tijd nodig hebben om hun bedrijfsvoering aan te passen aan de gewijzigde bepalingen. De Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders wil een website inrichten waarop executieveilingen zullen worden aangekondigd. Deurwaarders worden verplicht om hun veiling op deze website aan te kondigen.
Voor een aantal onderdelen is een inwerkingtreding op 1 oktober niet mogelijk. Deze onderdelen treden op 1 januari of 1 april 2021 in werking.
Per 1 januari 2021 treden de bepalingen die zien op de invoering van het beslagvrije bedrag voor beslag op bankrekeningen en het opvragen van rekeninginformatie bij de bank en de bepaling die ziet op het verplicht elektronisch leggen van derdenbeslag in werking. Deze laatste bepaling wordt niet opgenomen in de Invorderingswet 1990, zodat de verplichting tot het leggen van elektronisch derdenbeslag voor de Belastingdienst niet geldt.
Per 1 april 2021 treden bepalingen die zien op de invoering van een administratief beslag op motorrijtuigen in werking. Door dit administratief beslag wordt de tenaamstelling geblokkeerd en kan het motorrijtuig niet op naam van een derde worden gesteld. Ook het onderdeel van de wet dat het college van burgemeesters en wethouders verantwoordelijk maakt voor het meenemen en opslaan van ontruimde zaken na een woningontruiming treedt niet eerder dan op 1 april in werking.