Pleegkinderen en partnerbegrip
Bloed- en aanverwanten in de eerste graad kunnen voor de inkomstenbelasting en de toeslagen elkaars partner niet zijn, tenzij zij beiden aan het begin van het jaar 27 jaar of ouder zijn. Dit geldt ook voor pleegkinderen. Dat zijn kinderen die worden onderhouden en opgevoed als eigen kinderen. Als een pleegvergoeding voor de kinderen wordt ontvangen, voldoet de pleegouder niet aan het onderhoudsvereiste. Voor de belastingen en de toeslagen is dan geen sprake van een pleegkind. In die specifieke situatie kan het kind na het bereiken van de 18-jarige leeftijd als partner van de verzorgende ouder worden aangemerkt. Dat kan onder meer gevolgen hebben voor het recht op of de hoogte van toeslagen. Voorgesteld wordt nu dat in die gevallen het kind op verzoek niet als partner wordt aangemerkt voor de inkomstenbelasting en voor de toeslagen.